
✩✩✩✩✩
Sigvards Klava, de Letse koordirigent, laadt de verdenking op zich dat hij tijdens de opname van Rachmaninovs magnifieke Liturgie van de Heilige Johannes Chrysostomos helemaal niet heeft staan zwaaien voor zijn Lets Radiokoor. Welnee, hij moet in de kathedraal van Riga hebben plaatsgenomen achter een tot nu toe onbekend instrument. Iets tussen kerkorgel en synthesizer in, we noemen het een ‘koorklavier’.
Prachtig geluid komt eruit. Gemaakt van een transparante stof die naar alle kanten uitrekbaar is. Het kleurvermogen is eindeloos. Zelfs de kleinste toefjes sopraan of bas laten zich doseren.
Balsem voor de ziel dus, precies wat Rachmaninov nodig had toen hij in de zomer van 1910 op zijn landgoed Ivanovka aan de Liturgie zat te werken. De pianist-componist blies uit van een Amerikaanse tournee. Die rondreis had hem vermoeid en geïrriteerd, ook al legde hij veel eer in met zijn nieuwe, Derde pianoconcert.
Zijn toonzetting van de Russisch-orthodoxe mistekst viel bij kerkbobo’s minder in de smaak. Hun oordeel werd misschien verhard door het feit dat alle noten Rachmaninovs stempel droegen. Hij had niet één oude kerkmelodie gebruikt, al zweeft die suggestie voortdurend boven het stuk.
In zijn zoektocht naar paradijselijk geluid vindt koordirigent Klava een genereuze bondgenoot: de kerkakoestiek. Voor de plastiek en timing van de koorklank maakt hij er kien gebruik van. Bijzondere stembanden hebben die Letten: er zit licht en lucht in, soms ook honing, maar nooit zo klef dat hij aan de tanden plakt.
Sergej Rachmaninov: Liturgie van de Heilige Johannes Chrysostomos. Lets Radiokoor o.l.v. Sigvards Klava. Ondine.
de Volkskrant, 1 juli 2010
Geen opmerkingen:
Een reactie posten